DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

back

 

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Sketches by Boz, appr. 1915

Schetsen van Boz II, z.j. [1953]

De nagelaten papieren der Pickwick-Club I, z.j. [1952] [sold-verkocht]

De nagelaten papieren van de Pickwick Club, 1979 [sold-verkocht]

Oliver Twist, 1994

Nicolas Nickleby, deel I en II, z.j. [1952]

Nicolas Nickleby, deel I en II, z.j. [1952]

Nicolas Nickleby deel I en II, z.j. [1955?]

The old curiosity shop, 1895 [sold-verkocht]

De oude rariteitenwinkel deel I en II, z.j. [1952] [sold-verkocht]

Barnaby Rudge deel I en II, z.j. [1953]

Barnaby Rudge deel I en II, z.j. [1953]

Barnaby Rudge, 2005 [sold-verkocht]

A Christmas Carol en andere vertellingen, z.j. [sold-verkocht]

A Christmas Carol, 1993 [sold-verkocht]

Leven en lotgevallen van Martin Chuzzlewit II, z.j. [1952]

David Copperfield, 1947

David Copperfield deel I en II, 1967 (3de druk)

David Copperfield, 1978 (3de druk als Prisma) [sold-verkocht]

David Copperfield, 2005 [sold-verkocht]

Little Dorrit, 1976

Kleine Dorrit, 1979

De onzakelijke reiziger, z.j. [1952]

Great Expectations, n.d.

Great Expectations, 1999 [sold-verkocht]

Our mutual friend, n.d.

Onze wederzijdse vriend II, z.j. [1953]

Onze wederzijdse vriend, 2005 [sold-verkocht]

Het geheim van Erwin Drood, z.j. [1953]

Het leven van Charles Dickens I, z.j. [1953] [sold-verkocht]

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Sketches by Boz. Illustrative of every-day life and every-day people.
front1

Chapman & Hall Ltd and Humphrey Milford, London. No date given. Approximately 1915. Hardcover. Dark blue cloth with gilt lettering on spine. Embossed design on front board. Pictorial endsheets. Top edge gilt. No dustjacket. 786pp. 11½ x 17½ x 3 cm. 422 gr. This is one of "The works of Charles Dickens Complete Edition in Twenty Volumes". With forty-three illustrations by Cruikshank and 'Phiz'. Spine and corners of covers a little rubbed. Minimally bumped corners and edges. Book is in very good condition.

Booknumber: 11824

€ 23,00Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Schetsen van Boz II
front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met gele bladsneden. 224 pp. 10¾ x 18 x 1 cm. 124 gr. Oorspronkelijke titel Sketches by Boz, 1836. Nederlands van J.A. de Groot-Brantjes. Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens. Verluchtigd met de oorspronkelijke prenten van George Cruikshank.

In februari 1836, enkele weken vóór Dickens aan Pickwick begon, verscheen de eerste uitgave in boekvorm van de Sketches by Boz. Het boek was geïllustreerd door George Cruikshank, een van de beste illustratoren van die periode, die later ook bij Oliver Twist de platen zou maken. Een tweede deel van Sketches van de inmiddels beroemd geworden Pickwickauteur Boz, verscheen aan het eind van hetzelfde jaar, in december 1836. (De naam Boz was afkomstig van de huiselijke bijnaam van Dickens' broer Mozes, die als kind de 'm' niet kon uitspreken, en zichzelf als Boz betitelde.)

De Verspreide Verhalen in dit deel dateren uit zeer verschillende perioden van Dickens' schrijversloopbaan. De groep karakterschetsen van jonge lieden en paren is geschreven in de eerste uitbundige tijd toen Dickens nog aannaam, en gedeeltelijk zelfs volvoerde, wat hem als suggestie bereikte. - De meer beheerste, journalistieke schetsen over allerhand (meeste politionele) onderwerpen zijn geschreven in de tijd toen Household Words en All the Year Round wekelijks zijn aandacht en zijn bijdragen nodig hadden.

Er ligt een groot verschil tussen de overstromende dwaasheid van de eerste tijd, en de beheerste schrijfwijze van de man die weet dat hij met juist-gedoseerde hoeveelheden humor en sentiment zijn lezers precies krijgt waar hij ze hebben wil.

Dickens heeft dit gemeen met andere geniale kunstenaars, dat hij er van hield om het loutere plezier van het scheppen. Hij hield ervan zomaar, zonder veel aanleiding of noodzaak, figuren uit zijn verbeelding de wereld in te gooien, zoals een kind dat bellen blaast.

Mensen, hun omgeving, menselijke situaties - dwaas of droevig -, de atmosfeer van een huis of stad, hij is er altijd door gefascineerd geworden en heeft nooit de verleiding kunnen weerstaan om ze gauw even vast te leggen. In zijn romans komt men overal de fragmenten tegen waar hij het niet laten kon iets wat hem getroffen had, in te bouwen in de loop van het verhaal, ook al had het er eigenlijk niet veel mee te maken. Zijn schetsen en verhalen zijn niets anders dan zulke krabbels in een schrijvers-schetsboek, en juist als bij schilders zijn ze soms boeiender en amusanter dan de schilderijen.

In zijn jonge jaren kwam het hem als aangewaaid; wat hij niet, of onvolledig kende, uit de werkelijkheid, vulde hij aan uit de verbeelding. Zo ontstonden de karakterschetsen van jongelui of jonge paartjes, een kostelijke mengeling van geestige observatie en op hol geslagen verbeelding. Of neem de vreemde geschiedenis van Tulrumble, in de beste Pickwickstijl geschreven, en onweerstaanbaar komisch. In later jaren voelt Dickens de behoefte om zijn verbeelding scherper naar de werkelijkheid te etsen, en ontstaan de verhalende reportages uit het politie-leven en talloze andere facetten van het dwaze en treurige leven, dat Dickens' verbeelding levenslang gevoed heeft, en dat hij in zijn verhalen voor altijd en onnavolgbaar vastgelegd heeft.

Zeer fraai ongelezen exemplaar. Papier vergeeld. In zeer goede staat.

Booknumber: 11835

€ 3,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

De nagelaten papieren der Pickwick-Club I.
front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met bordeauxrode bladsneden. 303 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 164 gr. Oorspronkelijke titel The Posthumous Papers of the Pickwick Club, 1836. Nederlands van Godfried Bomans. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablot K. Browne). Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

Toen de 23-jarige Dickens in januari 1836 de opdracht kreeg om bij een aantal prenten van de populaire tekenaar Robert Seymour een verhaal te schrijven, was hij een onbekend journalist. Ingewijden kenden hem als en uitstekend parlementair verslaggever en als de schrijver van een aantal humoristische schetsen. Na enige maanden hard werken verscheen op 31 maart 1836 de eerste aflevering van de Pickwick-Papers. Twee dagen later, 2 april, trouwt hij. 14 April is het jonge echtpaar alweer terug van de wittebroodsweken, want Pickwick vraagt tijd, veel tijd, en de tekenaar Seymour werkt niet volgens Dickens' wensen. Op zondag 17 april heeft een pijnlijk onderhoud plaats tussen Dickens en Seymour, naar aanleiding van de ets die in deze uitgave op bladzijde 36 is afgebeeld. Twee dagen later schiet de overgevoelige Seymour zich voor het hoofd.

Onder deze omstandigheden ontstond Pickwick. Voor een gewoon schrijver genoeg om als excuus voor een mislukking te gelden. Maar de 'onnavolgbare' Boz was geen gewoon schrijver. Hij was tenvolle overtuigd van zijn eigen kunnen. Maar het heeft vijf maanden geduurd voor het lezend publiek zijn overtuiging met feiten bevestigde. Eerst vanaf aflevering 6 (verschenen eind augustus 1836) is de geschiedenis van de Pickwick een geschiedenis van steeds stijgende oplagen en van een groeiend succes. Dan is de onbekende journalist de gevierde schrijver geworden van Engeland's meest gelezen en genoten boek.

Kort, maar toch nog vrij uitgebreid verslag van de avonturen welke Pickwick in dit eerste deel van de naar hem genoemde papieren beleeft.

Voor de oppervlakkige toeschouwer is de heer Samuel Pickwick, zonder beroep, wonende in Goswell Street, Londen, geenszins een opvallend figuur. Hij moge iets ronder van omtrek zijn dan de gemiddelde man van zijn leeftijd, dit stempelt hem nog niet tot een zonderling. Wat deze man groot maakte was zijn brein, verborgen achter dikke brilleglazen en beurtelings goedmoedige en flikkerende oogjes. Dit brein stortte hem in de meeste wilde avonturen en haalde hem er weer uit ook. Het is overigens verwonderlijk hoeveel vreemde avonturen iemand in een beschaafd land als het Engeland van 1830 nog konden over komen. Maar met avonturen is het net zoals met het geluk: men moet ze weten te vinden. En daar een was Pickwick en meester.

Zo kwam het dat Pickwick door middel van een nietig opschrijfboekje in heftige ruzie raakte met een stel ongeschoren koetsiers, en het reisgezelschap genoot van een romantisch heerschap met oplichtersneigingen. Aan zijn onderzoekende geest dankte Pickwick het dat hij kennis maakte met de heer Wardle, die hem meenam naar zijn buitenhuis. Dan drijft een catastrofale vergissing van een oude-vrijershart hem naar Londen terug, waar hijzelf in de kortste keren een niet minder fatale stap doet door juffrouw Bardell zodanig toe te spreken dat zij in zijn armen flauwvalt.

Maar Pickwick is intussen naar Eatanswill gespoed, en maakt de onvergetelijke verkiezingen aldaar mee. Hij snelt toe om de snoodaard die en meisjespensionaat belaagd, te ontmaskeren, doch wordt het slachtoffer van zijn eigen goedheid. Gelukkig is er zijn knecht Sam Weller die met snaaksheid het leed verzacht, en met goede raad Pickwick's brein verlicht. Want hoe zoudt gij u voelen als ge midden in de nacht tot de ontdekking kwaamt uw kamer te delen met een u volkomen onbekende dame van middelbare leeftijd met gele papillotten?

Eindelijk, in het laatste hoofdstuk van dit deel, geniet een Pickwick en zijn vrienden rust: de kerstdagen in Dingley Dell.

Doch in het volgende deel staat hem het proces Bardell contra Pickwick te wachten.

Rug met plakbandsporen. Slijtagesporen aan rechter onderhoek voorplat. Opdracht en stempel op Franse pagina. Papier vergeeld. Net exemplaar. In prima staat.

Booknumber: 19370

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

De nagelaten papieren van de Pickwick Club
front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. 1979. Derde druk. Paperback (ingenaaid). Bruin linnen band. Met vergulde titelopdruk op rug. Met stofomslag. 814 pp. 11 x 17½ x 2¼ cm. 412 gr. Oorspronkelijke titel Pickwick Papers, 1836. Vertaling Godfried Bomans. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Robert Seymour en Phiz (Hablôt K. Browne). Prisma Klassieken 26. Dundruk. ISBN-10 - 90 274 2129 3. Met lijst van personen. Met noten. Met nawoord van prof. T.A. Birrell. Nawoord vertaald door J.M. Blom. Met biografie en bibliografie.

Toen de 23-jarige Dickens in januari 1836 de opdracht kreeg om bij een aantal prenten van de populaire tekenaar Robert Seymour een verhaal te schrijven, was hij een onbekend journalist. Maar vanaf aflevering zes is de geschiedenis van de Pickwickianen een geschiedenis van steeds stijgende oplagen en wordt de journalist de gevierde schrijver van Engeland's meest gelezen boek.

De hoofdpersoon uit het verhaal, de excentrieke Samuel Pickwick, bezit dan ook de gave om in de meest vreemde avonturen verzeild te raken en hoogst interessante figuren te ontmoeten: zo komt hij op zijn reizen met zijn vrienden Snodgrass, Tupman en Winkle in aanraking met mensen als Jingle, op wie de heren zich lelijk verkijken en die de jonge Rachel Wardle ontvoert, juffrouw Bardell die al te trouwlustig is en ook aanstichtster wordt van Pickwicks rampen, en vooral ook Sam Weller die met zijn snaaksheid veel leed verzacht en die nu met zijn meester Pickwick een voorname plaats inneemt in de Engelse mythologie.

Dickens' feuilleton, opgezet in de traditie van de schelmenroman à la Tobias Smollett, groeide uit tot een onvergankelijk monument van Engelse humor, waarin de serieuze aspecten echter niet ontbreken: de amusante avonturen zijn een lange reis van onschuld naar levenservaring, waarbij Pickwick ontdekt dat velen pogen om menselijke gevoelens in geld om te zetten.

Slijtagesporen aan randen omslag. Naam op Franse pagina wit gemaakt. Boekhandelstickertje op Franse pagina. Verder keurig exemplaar. In zeer goede staat.

Booknumber: 11827

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Oliver Twist
front1

Penguin Books, London. 1994. Paperback. 511 pp. 11¼ x 18 x 3½ cm. 302 gr. Penguin Popular Classics. Cover shows a detail from entry to the Strand from Charing Cross by Thomas Shotter Boys in Guildhall Library, London (photo Bridgeman Art Library). A. Penguin/Godfrey Cave Edition. ISBN-10 0 14 062046 X. ISBN-13 978 0 14 062046 7.

Oliver Twist is one of Dickens's most enduringly popular novels.

Oliver Twist, a meek, mild young boy, is born in the workhouse and spends his early years there until, finding the audacity to ask for more food, he is made te leave. Apprenticed to an undertaker by Mr. Bumble, Oliver runs away in desperation and falls in with Fagini and his gang of thieves where he begins his new life in the criminal underworld.

Under the tutelage of the satanic Fagin, the brutal Bill Sikes and the wily Artful Dodger, Oliver learns to survive, although he is destined not to stay with Fagin but to find his own place in the world.

With its terryfying evocation of the hypocrisy of the wealthy and the dephts to which poverty pushes the human spirit, Oliver Twist is both a fascinating examination of evil and a poignant moving novel for all times.

Yellowing pages. A very fine unread copy. As new.

Booknumber: 19371

€ 7,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Nicolas Nickleby Deel 1 en Deel 2
front1 front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met geeloranje bladsneden. Oorspronkelijke titel Nicholas Nickleby, 1837. Nederlands van Jan Nieuwenhuis. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablôt K. Browne). Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

Nicolaas Nickleby Deel 1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met geeloranje bladsneden. 320 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 174 gr.

Onmiddellijk na het slot van Pickwick, terwijl Oliver Twist nog niet halfweg was, tekende Dickens het contract voor Nicholas Nickleby in november 1837. Vlak na Kerstmis trok hij naar Yorkshire om ter plaatse materiaal op te doen voor zijn beschrijving van de kostschool Squeers. Later vermeldde hij niet zonder sarcasme dat verscheidene kostschoolhouders zichzelf de eer hadden aangedaan zich door de beschrijving van Squeers in hun eer aangetast te voelen. Er werden zelfs aanslagen op de schrijver beraamd. Wel een merkwaardige bevestiging van de juistheid van het beeld dat Dickens ophing. Niettemin verzekerde Dickens bij dezelfde gelegenheid dat de beschrijving van Dotheboys Hall slechts een zwakke schaduw was van de ellendige werkelijkheid.

In februari 1838 zette hij zich definitief tot schrijven (ondertussen was Oliver Twist nog lang niet volschreven; het duurde tot september 1838 voor Dickens zijn onverdeelde aandacht aan Nickleby kon geven).

Begin april verscheen de eerste aflevering, twee jaar na het begin van Pickwick. In die twee jaar had Dickens zichzelf en Engeland zijn populairste schrijver ontdekt: van Nickleby werden met één slag evenveel tienduizendtallen verkocht als indertijd van Pickwick hondertallen; 50.000 afleveringen waren er verkocht toen de bijgelovige Dickens op de avond van de eerste publicatiedag naar Londen terugkeerde.

De verrukkelijke Dickenswereld van onvergetelijke figuren neemt in Nickleby vaste vorm aan. Pickwick was een schets, een voorproefje van wat Dickens ondernemen ging. Pas in Nickleby groeit de losse groepering van humoristische, aandoenlijke en schurkachtige figuren samen tot het ongeëvenaarde rijk van Dickens verbeelding.

Natuurlijk gaan Nicolaas Nickleby en zijn zus Cathrien voorop: vurige, edelmoedige, jonge mensen, gesneden uit het beste helden- en heldinnenhout van de schrijver; arm, ongelukkig en vervolgd maar voorbestemd tot grote dingen. Hoe is het mogelijk dat die goedmoedige wauwelaarster, mevrouw Nickleby, hun moeder is. Zou zij in staat zijn met haar zure herinneringen en roze vooruitzichten het beste kind zijn ondergang in te jagen. Maar Nicolaas en Cathrien komen de beproeving triomfantelijk te boven, zelfs met behoud van de verplichte kinderliefde. Dan daarnaast hun oom Ralph, inbegrip van al wat laag en baatzuchtig is, strikkenzettend voor onschuld en deugd. Zie de laagheid waarmee hij Cathrien tot slachtoffer kiest van zijn bekenden, de bloem der Londense losbollen!

Maar daarnaast, wat een variatie in milieu en typering. De kostschool van Squeers, een marktplaats voor onnozele kinderen. En de toneeltroep van Vincent Crummles, wereld van nijd en ijdelheid, en van sloridge collegialiteit; of ziet u liever de deugden van de kleine burger, die bloeien bij de Kenwigsen, wier oom bij de waterleidingsmaatschappij werkt, en vandaar zijn glans over de hele familie werpt? Dit zijn een paar van de meest opvallende hoekjes van het fantastisch universum van Dickens, en dan gaan we de koetsiers en kruiers en al die andere figuren die in twee tellen onze symphatie en aandacht gewonnen hebben, voor dit keer maar stilzwijgend voorbij.

Nicolaas Nickleby Deel 2

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met geeloranje bladsneden. 328 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 178 gr.

Bij een auteur die zo jong beroemd werd, vergeet men wellicht de leeftijd. Toch is het goed te bedenken dat Dickens tijdens het schrijven van Nickleby pas 26 jaar was. In zijn leven tijdens deze periode vindt men zijn jeugd weerspiegeld; het lijkt een lange zomerse pic-nic. Omringd door een steeds wisselende schaar vrienden leeft het jonge gezin in landhuisjes buiten, worden er eindeloos spelletjes bedacht, rijtoertjes gemaakt en eetfestijnen georganiseerd. Het is een gedrang van schrijvers, toneelspelers, schilders om Dickens heen, een onafgebroken reeks van dolle invalen en enthousiaste uitbarstingen. Een onuitputtelijke levenslust bezielt hem deze jaren, en stelt hem in staat om het onmogelijke te verrichten en bijvoorbeeld tussen twee diners een hele aflevering van Nickleby af te schrijven, zonder dat men in het werk een spoor van haast bemerkt. Terwijl Dickens in mevrouw Nickleby zijn moeder onsterfelijk (en een beetje belachelijk) maakte, lieten de familiezorgen hem niet los. Vader Dickens maakte ijverig schulden op naam van zijn beroemde zoon en in het voorjaar van 1839 zag deze zich genoodzaakt om zijn zorgeloze ouders zo ver mogelijk van Londen onder te brengen, in een buitenhuisje dat weliswaar heel snoezig gemeubileerd was, maar daarom niet minder dienst deed als kooi voor zijn volmaakt onverantwoordelijke ouders.

Wie menen mocht dat Dickens aan een half boek genoeg had om al zijn figuren op te voeren en alle knopen van de intrigue te leggen, onderschat de uitbundigheid van zijn fantasie. De hartveroverende Cheerybles, de trieste Magda Blay zijn figuren waar de lezer nu eerst mee bekend raakt; zij geven het verhaal wendingen die niemand had kunnen voorzien.

Het is de triomf van dit boek dat zelfs wie de intrigue mocht vergeten, de mensen en de atmosfeer waar in zij leven nimmer vergeet. De ratelende mevrouw Nickleby in haar buitenhuisje, het kantoor van Ralph Nickleby waar zulke verschrikkelijke dingen gaan gebeuren, de duistere straten van Londen, dat zijn indrukken die blijven en die maat geven van Dickens' kunstenaarschap. Als een tovenaar wekt hij de fantasie van de lezer, en wat niemand ooit opmerkenswaard heeft gevonden, wordt in zijn handen een kostbare herinnering en een onvergetlijke belevenis.

Papier vergeeld. Zeer fraaie set ongelezen exemplaren. In zeer goede staat.

Booknumber: 11833 (11834)

€ 7,00Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Nicolas Nickleby Deel 1 en Deel 2
front1 front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met geeloranje bladsneden. Oorspronkelijke titel Nicholas Nickleby, 1837. Nederlands van Jan Nieuwenhuis. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablôt K. Browne). Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

Nicolaas Nickleby Deel 1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met geeloranje bladsneden. 320 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 172 gr.

Onmiddellijk na het slot van Pickwick, terwijl Oliver Twist nog niet halfweg was, tekende Dickens het contract voor Nicholas Nickleby in november 1837. Vlak na Kerstmis trok hij naar Yorkshire om ter plaatse materiaal op te doen voor zijn beschrijving van de kostschool Squeers. Later vermeldde hij niet zonder sarcasme dat verscheidene kostschoolhouders zichzelf de eer hadden aangedaan zich door de beschrijving van Squeers in hun eer aangetast te voelen. Er werden zelfs aanslagen op de schrijver beraamd. Wel een merkwaardige bevestiging van de juistheid van het beeld dat Dickens ophing. Niettemin verzekerde Dickens bij dezelfde gelegenheid dat de beschrijving van Dotheboys Hall slechts een zwakke schaduw was van de ellendige werkelijkheid.

In februari 1838 zette hij zich definitief tot schrijven (ondertussen was Oliver Twist nog lang niet volschreven; het duurde tot september 1838 voor Dickens zijn onverdeelde aandacht aan Nickleby kon geven).

Begin april verscheen de eerste aflevering, twee jaar na het begin van Pickwick. In die twee jaar had Dickens zichzelf en Engeland zijn populairste schrijver ontdekt: van Nickleby werden met één slag evenveel tienduizendtallen verkocht als indertijd van Pickwick hondertallen; 50.000 afleveringen waren er verkocht toen de bijgelovige Dickens op de avond van de eerste publicatiedag naar Londen terugkeerde.

De verrukkelijke Dickenswereld van onvergetelijke figuren neemt in Nickleby vaste vorm aan. Pickwick was een schets, een voorproefje van wat Dickens ondernemen ging. Pas in Nickleby groeit de losse groepering van humoristische, aandoenlijke en schurkachtige figuren samen tot het ongeëvenaarde rijk van Dickens verbeelding.

Natuurlijk gaan Nicolaas Nickleby en zijn zus Cathrien voorop: vurige, edelmoedige, jonge mensen, gesneden uit het beste helden- en heldinnenhout van de schrijver; arm, ongelukkig en vervolgd maar voorbestemd tot grote dingen. Hoe is het mogelijk dat die goedmoedige wauwelaarster, mevrouw Nickleby, hun moeder is. Zou zij in staat zijn met haar zure herinneringen en roze vooruitzichten het beste kind zijn ondergang in te jagen. Maar Nicolaas en Cathrien komen de beproeving triomfantelijk te boven, zelfs met behoud van de verplichte kinderliefde. Dan daarnaast hun oom Ralph, inbegrip van al wat laag en baatzuchtig is, strikkenzettend voor onschuld en deugd. Zie de laagheid waarmee hij Cathrien tot slachtoffer kiest van zijn bekenden, de bloem der Londense losbollen!

Maar daarnaast, wat een variatie in milieu en typering. De kostschool van Squeers, een marktplaats voor onnozele kinderen. En de toneeltroep van Vincent Crummles, wereld van nijd en ijdelheid, en van sloridge collegialiteit; of ziet u liever de deugden van de kleine burger, die bloeien bij de Kenwigsen, wier oom bij de waterleidingsmaatschappij werkt, en vandaar zijn glans over de hele familie werpt? Dit zijn een paar van de meest opvallende hoekjes van het fantastisch universum van Dickens, en dan gaan we de koetsiers en kruiers en al die andere figuren die in twee tellen onze symphatie en aandacht gewonnen hebben, voor dit keer maar stilzwijgend voorbij.

Nicolaas Nickleby Deel 2

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met geeloranje bladsneden. 328 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 176 gr.

Bij een auteur die zo jong beroemd werd, vergeet men wellicht de leeftijd. Toch is het goed te bedenken dat Dickens tijdens het schrijven van Nickleby pas 26 jaar was. In zijn leven tijdens deze periode vindt men zijn jeugd weerspiegeld; het lijkt een lange zomerse pic-nic. Omringd door een steeds wisselende schaar vrienden leeft het jonge gezin in landhuisjes buiten, worden er eindeloos spelletjes bedacht, rijtoertjes gemaakt en eetfestijnen georganiseerd. Het is een gedrang van schrijvers, toneelspelers, schilders om Dickens heen, een onafgebroken reeks van dolle invalen en enthousiaste uitbarstingen. Een onuitputtelijke levenslust bezielt hem deze jaren, en stelt hem in staat om het onmogelijke te verrichten en bijvoorbeeld tussen twee diners een hele aflevering van Nickleby af te schrijven, zonder dat men in het werk een spoor van haast bemerkt. Terwijl Dickens in mevrouw Nickleby zijn moeder onsterfelijk (en een beetje belachelijk) maakte, lieten de familiezorgen hem niet los. Vader Dickens maakte ijverig schulden op naam van zijn beroemde zoon en in het voorjaar van 1839 zag deze zich genoodzaakt om zijn zorgeloze ouders zo ver mogelijk van Londen onder te brengen, in een buitenhuisje dat weliswaar heel snoezig gemeubileerd was, maar daarom niet minder dienst deed als kooi voor zijn volmaakt onverantwoordelijke ouders.

Wie menen mocht dat Dickens aan een half boek genoeg had om al zijn figuren op te voeren en alle knopen van de intrigue te leggen, onderschat de uitbundigheid van zijn fantasie. De hartveroverende Cheerybles, de trieste Magda Blay zijn figuren waar de lezer nu eerst mee bekend raakt; zij geven het verhaal wendingen die niemand had kunnen voorzien.

Het is de triomf van dit boek dat zelfs wie de intrigue mocht vergeten, de mensen en de atmosfeer waar in zij leven nimmer vergeet. De ratelende mevrouw Nickleby in haar buitenhuisje, het kantoor van Ralph Nickleby waar zulke verschrikkelijke dingen gaan gebeuren, de duistere straten van Londen, dat zijn indrukken die blijven en die maat geven van Dickens' kunstenaarschap. Als een tovenaar wekt hij de fantasie van de lezer, en wat niemand ooit opmerkenswaard heeft gevonden, wordt in zijn handen een kostbare herinnering en een onvergetlijke belevenis.

Papier vergeeld. Fraaie set exemplaren. In prima staat.

Booknumber: 20428 (20429)

€ 6,00Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Nicolas Nickleby Deel 1 en Deel 2
front1 front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1955?]. Tweede druk. Prisma Pocket met gekleurde bladsneden. Oorspronkelijke titel Nicholas Nickleby, 1837. Nederlands van Jan Nieuwenhuis. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablôt K. Browne). Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

Nicolaas Nickleby Deel 1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1955?]. Tweede druk. Prisma Pocket met rode bladsneden. 320 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 172 gr.

De verrukkelijke Dickenswereld van onvergetelijke figuren neemt in Nickleby vaste vorm aan. Pickwick was een schets, een voorproefje van wat Dickens ondernemen ging. Pas in Nickleby groeit de losse groepering van humoristische, aandoenlijke en schurkachtige figuren samen tot het ongeëvenaarde rijk van Dickens verbeelding.

Natuurlijk gaan Nicolaas Nickleby en zijn zus Cathrien voorop: vurige, edelmoedige, jonge mensen, gesneden uit het beste helden- en heldinnenhout van de schrijver; arm, ongelukkig en vervolgd maar voorbestemd tot grote dingen. Hoe is het mogelijk dat die goedmoedige wauwelaarster, mevrouw Nickleby, hun moeder is. Zou zij in staat zijn met haar zure herinneringen en roze vooruitzichten het beste kind zijn ondergang in te jagen. Maar Nicolaas en Cathrien komen de beproeving triomfantelijk te boven, zelfs met behoud van de verplichte kinderliefde. Dan daarnaast hun oom Ralph, inbegrip van al wat laag en baatzuchtig is, strikkenzettend voor onschuld en deugd. Zie de laagheid waarmee hij Cathrien tot slachtoffer kiest van zijn bekenden, de bloem der Londense losbollen!

Maar daarnaast, wat een variatie in milieu en typering. De kostschool van Squeers, een marktplaats voor onnozele kinderen. En de toneeltroep van Vincent Crummles, wereld van nijd en ijdelheid, en van sloridge collegialiteit; of ziet u liever de deugden van de kleine burger, die bloeien bij de Kenwigsen, wier oom bij de waterleidingsmaatschappij werkt, en vandaar zijn glans over de hele familie werpt? Dit zijn een paar van de meest opvallende hoekjes van het fantastisch universum van Dickens, en dan gaan we de koetsiers en kruiers en al die andere figuren die in twee tellen onze symphatie en aandacht gewonnen hebben, voor dit keer maar stilzwijgend voorbij.

Nicolaas Nickleby Deel 2

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1955?]. Tweede druk. Prisma Pocket met blauwe bladsneden. 328 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 176 gr.

Wie menen mocht dat Dickens aan een half boek genoeg had om al zijn figuren op te voeren en alle knopen van de intrigue te leggen, onderschat de uitbundigheid van zijn fantasie. De hartveroverende Cheerybles, de trieste Magda Blay zijn figuren waar de lezer nu eerst mee bekend raakt; zij geven het verhaal wendingen die niemand had kunnen voorzien.

Het is de triomf van dit boek dat zelfs wie de intrigue mocht vergeten, de mensen en de atmosfeer waar in zij leven nimmer vergeet. De ratelende mevrouw Nickleby in haar buitenhuisje, het kantoor van Ralph Nickleby waar zulke verschrikkelijke dingen gaan gebeuren, de duistere straten van Londen, dat zijn indrukken die blijven en die maat geven van Dickens' kunstenaarschap. Als een tovenaar wekt hij de fantasie van de lezer, en wat niemand ooit opmerkenswaard heeft gevonden, wordt in zijn handen een kostbare herinnering en een onvergetlijke belevenis.

Papier vergeeld. Nette set exemplaren. In prima staat.

Booknumber: 22600 (22601)

€ 5,00Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

The old curiosity shop
front1

Chapman & Hall, London. 1895. Hardcover. Original navy blue cloth with blind stamped boards and gilt spine lettering. No dustjacket. 432pp. 14 x 20 x 3½ cm. 596 gr. With seventy-five illustrations. Frontispiece illustration of The Old Curiosity Shop. Spine discoloured and worn at head and tail, corners bumped and rubbed. Paper lightly to moderately yellowed. Name and date on titlepage [W.V. Garrod, 21 Augt. 1897]. Otherwise unmarked. Some foxing to the first blank page, but not nowhere else. Text block is generally firm and secure. Yellow endpapers. A nice copy.

Booknumber: 11822

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

De oude rariteitenwinkel Deel 1 en Deel 2
front1 front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met donkerrode bladsneden. Oorspronkelijke titel The old curiosity shop, 1841. Nederlands van C.J. Kelk. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablôt K. Browne). Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

De oude rariteitenwinkel Deel 1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met donkerrode bladsneden. 268 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 148 gr.

In 1839 was Dickens' derde roman Nicholas Nickleby tot een glorieus einde gekomen, met een succes dat zelfs Dickens' fantasie niet had durven hopen. De rest van 1839 en het begin van 1840 ging heen met het overwegen van mogelijkheden om dit succes op peil te houden. Uiteindelijk besloot Dickens tot een wekelijkse periodiek, die gemengde bijdragen over allerlei onderwerpen zou bevatten en ook verhalen, een en ander grotendeels te schrijven door Dickens zelf. Hij stelde zich veel voor van de nieuwe publicatie, onder andere een min of meer vast inkomen.

Intussen begaf hij zich in februari 1840 naar de dichter Landor in Bath, waar hij iedereen hevig vermaakte - en sommigen hevig choqueerde - met zijn voorgewende hevige verliefdheid op de pasgetrouwde koningin Victoria. Tijdens dit verblijf in Bath kreeg hij de eerste inval voor het verhaal van kleine Nel.

Op 31 maart 1840 verscheen het eerste nummer van Master Humphrey's Clock, er werden 70.000 exemplaren verkocht; toen de lezers evenwel begrepen dat dit geen nieuwe roman, maar een verzameling losse bijdragen was, daalde de belangstelling aanzienlijk. Dit bracht Dickens er toe in het vierde nummer te beginnen aan het verhaal waarvan de eerste indruk zich slechts enkele weken geleden in zijn fantasie gevormd had.

De oude rariteitenwinkel is een sprookje, en misschien het meest sprookjesachtige boek dat Dickens ooit geschreven heeft. Wie dit verhaal meet met de kleine maatstaven ener realistische romanopvatting, doet Dickens onrecht, en vergalt zichzelf een bijzonder plezier. Want het verhaal van kleine Nel is een bijzonder mooi sprookje over een onschuldig wezen in een vreemde, kwaadaardige wereld, belaagd door dwergachtige kobolden, en steunend op niets dan de sterke kracht van haar onbaatzuchtige liefde. De kobold sterft aan zijn wandaden, Nel sterft ook, maar eerst nadat zij door haar liefde de wereld om haar heen heeft omgevormd tot haar eigen, en dus een betere wereld.

Zie hier hoe Dickens, in de rol van verteller, zich het sprookje van kleine Nel voor de geest stelt: "Zonder mijn verbeeldingskracht maar in het minst te hoeven inspannen, behield ik een beeld van haar, dicht omringd en benauwd door alles wat maar vreemd was aan haar natuur en zover mogelijk afstond van de voorkeuren van haar geslacht en haar leeftijd. Het zou tot een curieuze bespiegeling leiden, zich haar voor te stellen in haar toekomstig leven, eenzaam haar weg gaand temidden van een menigte wilde, groteske gezellen: zij als het enige pure, frisse jeugde wezen in heel die drom."

Hier is het sprookje geboren, en onder de toverstaf van de magiër Dickens ontwaken de figuren, en dwaalt Nel rond in een toverachtig landschap. Naast haar gaat de oude grootvader, versuft, behalve als de speelduivel hem te pakken heeft; achter hen zwerven de dwerg Quilp en zijn trawant Brass; onderweg ontmoeten zij groteske gezellen, het Jan Klaassenvolk van Codlin en Short Trotters, Jerry met zijn honden, en tenslotte het wassenbeeldenspul van mevrouw Jarley, de geziene gast van Hof en Adel.

En op de achtergrond loopt Kit, het vriendje van Nel, te dwalen met haar vogelkooitje, ledigt Dick Swiveller de purperen beker en verschijnt onverwachts de hevig ingepakte gestalte van 'de enige heer'.

De oude rariteitenwinkel Deel 2

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met donkerrode bladsneden. 280 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 152 gr.

Toen Dickens eenmaal met de publicatie van The Old Curiosity Shop in zijn weekblad Master Humphrey's Clock was begonnen, zette hij resoluut door. Het blad verloor alle sporen van andere bijdragen en bleef - met twee onderbrekingen - voortaan geheel gewijd aan de avonturen van kleine Nel en Dick Swiveller. Verwoed werkend trachtte Dickens voor te blijven op de drukker, hetgeen hem - maar niet zonder moeite - gelukte. Binnen 10 maanden tijd volschreef hij het boek, in januari 1841 schreef hij de laatste hoofdstukken over de dood van kleine Nel. Tot het laatst toe trachtte hij deze moord op zijn geesteskind te verschuiven. Tenslotte schreef hij het eind van het boek onder geestelijke hoogspanning in enkele dagen af.

The Old Couriosity Shop heeft de band tussen Dickens en zijn lezers enorm versterkt. De dood van kleine Nel (een herinnering aan het sterven van Mary Hogarth in 1837) werd in Engeland gevoeld als een nationale ramp, en de humor van Dick Swiveller en de markiezin als het beste beschouwd wat Dickens tot dan toe op dit punt geschreven had.

De twee korte verhalen, die dit deel besluiten, Hunted down en George Silverman's Explanation, A Holiday Romance verschenen in 1860 en 1868, eerst in Amerikaanse tijdschriften, later in All the Year Round.

Het sprookje van kleine Nel gaat verder. De enige heer maakt zich enigszins los uit zijn omwikkeling, ofschoon niet veel. Samen met Kits moeder gaat hij Nel en haar grootvader achterna. Maar dezen zijn alweer verder gedwaald, de speelduivel heeft de oude man en het meisje verjaagd uit Jarley's wassenbeeldenspul. De hel van het industriële Engeland is hun volgende pleisterplaats. Omringd door grauwe muren, roetzwarte rook doorbroken door het felle opvlammen van ovenvuren, omringd door de 'verworpenen der aarde' en hun ellende. Hier bezwijkt kleine Nel, en hier wordt zij gevonden door de goede schoolmeester, wiens gastvrijheid zij al eerder genoten hebben. Hij neemt de zwervers mee naar zijn nieuwe standplaats en geeft hun in de schaduw van het oude kerkje rust en bezigheid. Intussen spint de boze dwerg Quilp nieuwe plannen om de zwervers te na te komen, waarbij zijn trawant Sampson Brass en diens onverkwikkelijke zuster Sally hand- en spandiensten verrichten. Dick Swiveller, de innemende nietsnut, wordt ziek en maakt daardoor nader kennis met dat merkwaardige wezen, de Markiezin, een soort vermomde fee, maar dan wel heel goed vermomd. Kit komt in moeilijkheden, wel niet door eigen toedoen, maar toch ... ook schuldeloos achter de tralies zitten is geen pretje. Dan vindt de enige heer het welletjes, Brass en zijn zuster worden ontmaskerd, Quilp komt om op de wijze die bij een kwaadaardige kobold pas, en eindelijk trekt Kit op pad, met het vogelkooitje van Nel, om de gevluchte sprookjesprinses te zoeken.

Wat hij vindt is een besneeuwd kerkhof en een onuitwisbare herinnering. De sprookjesprinses is teruggekeerd naar de wereld waar zij vandaan kwam.

Papier vergeeld. Zeer fraaie set ongelezen exemplaren. In zeer goede staat.

Booknumber: 11828 (11829)

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Barnaby Rudge Deel 1 en Deel 2
front1 front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met grijsgroene bladsneden. Oorspronkelijke titel Barnaby Rudge, 1841. Nederlands van G.J. Werumeus Buning-Ensink. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablôt K. Browne). Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

Barnaby Rudge Deel 1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met grijsgroene bladsneden. 256 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 140 gr.

De voorgeschiedenis van Barnaby Rudge is waarschijnlijk de langste en vervelendste van al Dickens' boeken geweest. Onder de naam Gabriel Varden duikt het boek al op in de zomer van 1836, die wonderlijke zomer toen Dickens zichzelf en de lezers Dickens als bij toverslag ontdekten. Misschien dateert het plan voor het boek uit de tijd voor Pickwick hem gelegenheid gaf zichzelf te worden. Om de verwarring over dit boek meteen goed te beginnen, sluit Dickens binnen 3 maanden tijd twee contracten met verschillende uitgevers voor ditzelfde boek. Het verschil in de datum van overeenkomst leverde hem 300 pond op en een eindeloze herrie met de eerste uitgever, die tenslotte door diens dood tot een einde kwam. Intussen was Dickens nog niet halfweg met Pickwick en net begonnen met Oliver Twist, toen hij met de tweede uitgever Richard Bentley tot een accoord kwam over de inleveringstermijn, in de zeer nabije toekomst. De volgende jaren worden besteed aan voortdurend geharrewar om deze datum te verschuiven. Tenslotte wordt Dickens de hele zaak zo moe, dat hij Chapman & Hall, nu zijn gewone uitgevers, er toe aanzet om in de zomer van 1840 alle rechten op Barnaby Rudge van Bentley te kopen.

En nog is de tijd van Barnaby niet gekomen; eerst moet The Old Curiosity Shop aan het wankele Humphrey's Clock nieuwe levenskracht inblazen. Dan, eindelijk, verschijnt ouwe Humphrey en kondigt het nieuwe verhaal aan, dat begint in de aflevering van Master Humphrey's Clock van 13 februari 1841.

Barnaby Rudge speelt in dezelfde periode als A Tale of Two Cities (waarmee het een dubbele uitondering maakt als historische roman in Dickens' werk), namelijk in het eind van de achttiende eeuw. Straatrovers, het grofste onrecht, misbruik van gezag, zijn aan de orde van de dag. De achtergrond van het verhaal vormen de anti-papistische Gordon-relletjes in 1780. Maar het verhaal zelf begint eerder, in een oude kroeg buiten Londen, de Meiboom, gelegen naast een oud somber buitengoed. Hier worden de draden voor het volgende vastgeknoopt: de gekke Barnaby met zijn kraai, een prooi voor redeloze angsten, de harde figuur van Haredale, oom van Barnaby. Dan is er een nichtje, Emma, waarop Edward Chester verliefd wordt, zeer tegen de zin van zijn vader, monument van achttiende-eeuws cynisme en verdorvenheid. Er is nog een paar gelieven, Jo Willer en Dolly Varden, dochter van een Londens slotenmaker, wiens gulle goedhartigheid spreekwoordelijk is. Natuurlijk is de oude Gabriel getrouwd met een serpent van een vrouw, die hij het leven in alle eenvoud naar de zin tracht te maken, wat hem nooit lukt.

Tenslotte doolt door dit boek de schaduw van een moordenaar, een man verweven met alle geheimen, en zelf ongrijpbaar als de mist waaruit hij van tijd tot tijd opdoemt.

Barnaby Rudge Deel 2

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met grijsgroene bladsneden. 256 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 140 gr.

Voor Grip de kraai, de spookachtige vriend van Barnaby Rudge, zijn rol in het boek begon te spelen, had hij in Dickens' huishouden een grote rol gespeeld. In 1839 en '40 werd het huis bij Devonshire Terrace geterroriseerd door een Grip die dames in de enkels en zijn bedienden in de vingers pikte, en over het algemeen deed wat van een temperamentvolle kraai verwacht kan worden. Toen Grip tenslotte ziek werd, kregen de vrienden uitgebreide beschrijvingen van de herstelwerkzaamheden (met wonderolie) en hun uiteindelijk fiasco. Toen de klok twaalf sloeg raakte hij enigszins opgewonden, maar herstelde zich spoedig, wandelde een paar maal langs het koetshuis, kraste, struikelde, riep: Dag liefje (een geliefkoosde uitdrukking van hem) en stierf. In zijn nalatenschap werden gevonden stukken haar, lepeltjes, een borstel, een hamer, verspreid door de tuin op verschillende plaatsen begraven.

Terwijl Dickens Barnaby Rudge schreef, voltrok zich in en om hem een sociale omwenteling. De Charistenbeweging wekte onrust in de industrie-gebieden, rapporten over kinderarbeid en arbeidershuisvesting onthulden de ellende van de arbeidersklasse. Dickens zelf werd zich meer en meer bewust van de fundamentele fouten van het hoog-kapitalistische systeem. In de massascènes van Barnaby Rudge waar het volk de gevangenissen openbreekt, en de banken bestormt, hoort men een echo van de opgekropte verontwaardiging die de schrijver bezielde, en het volk dreef tot onderscheidloos vernielen van alles wat gezag en onderdrukking vertegenwoordigde.

De storm die in het tweede deel van Barnaby Rudge losbarst, heeft in geheel Dickens' oeuvre zijn gelijke niet. De beschrijving van waanzinnige bloeddorst, haat en wraakzucht, de bestorming van de Newgate-gevangenis, de wilde tonelen van onderdrukking als de troepen aanmarcheren zijn weergaloos in hun huiveringwekkende onontkoombaarheid.

De Gordon-relletjes van 1780 vonden hun aanleiding in het anti-papistische sentiment. Maar Dickens zag dieper: hij wist dat deze aanleiding te gering was voor zulk een uitbarsting. Onder de oppervlakte voelde hij de haat van een volk dat misbruikt en vertrapt wordt, en elke gelegenheid aangrijpt om zijn wrok te koelen. Er ligt een sombere grootsheid over deze taferelen, spookachtig spelen de vlammen over Londen, door de armoewijken gluipen de gedaanten van deur tot deur. Als maskers verschijnen nu en dan in het rosse licht de gezichten van de aanstokers, Lord Gordon een halve gek, zijn gewetenloze secretaris Gashford, Hugh de bastaard van Lord Chester, Dennis de beul; daarachter ziet men als een schreeuwende aanklacht het vertrapte gelaat van het misleide volk, dat ook nu weer het grote slachtoffer is.

Papier vergeeld. Zeer fraaie set ongelezen exemplaren. In zeer goede staat.

Booknumber: 11831 (11832)

€ 7,00Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Barnaby Rudge Deel 1 en Deel 2
front1 front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met grijsgroene bladsneden. Oorspronkelijke titel Barnaby Rudge, 1841. Nederlands van G.J. Werumeus Buning-Ensink. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablôt K. Browne). Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

Barnaby Rudge Deel 1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met grijsgroene bladsneden. 256 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 140 gr.

De voorgeschiedenis van Barnaby Rudge is waarschijnlijk de langste en vervelendste van al Dickens' boeken geweest. Onder de naam Gabriel Varden duikt het boek al op in de zomer van 1836, die wonderlijke zomer toen Dickens zichzelf en de lezers Dickens als bij toverslag ontdekten. Misschien dateert het plan voor het boek uit de tijd voor Pickwick hem gelegenheid gaf zichzelf te worden. Om de verwarring over dit boek meteen goed te beginnen, sluit Dickens binnen 3 maanden tijd twee contracten met verschillende uitgevers voor ditzelfde boek. Het verschil in de datum van overeenkomst leverde hem 300 pond op en een eindeloze herrie met de eerste uitgever, die tenslotte door diens dood tot een einde kwam. Intussen was Dickens nog niet halfweg met Pickwick en net begonnen met Oliver Twist, toen hij met de tweede uitgever Richard Bentley tot een accoord kwam over de inleveringstermijn, in de zeer nabije toekomst. De volgende jaren worden besteed aan voortdurend geharrewar om deze datum te verschuiven. Tenslotte wordt Dickens de hele zaak zo moe, dat hij Chapman & Hall, nu zijn gewone uitgevers, er toe aanzet om in de zomer van 1840 alle rechten op Barnaby Rudge van Bentley te kopen.

En nog is de tijd van Barnaby niet gekomen; eerst moet The Old Curiosity Shop aan het wankele Humphrey's Clock nieuwe levenskracht inblazen. Dan, eindelijk, verschijnt ouwe Humphrey en kondigt het nieuwe verhaal aan, dat begint in de aflevering van Master Humphrey's Clock van 13 februari 1841.

Barnaby Rudge speelt in dezelfde periode als A Tale of Two Cities (waarmee het een dubbele uitondering maakt als historische roman in Dickens' werk), namelijk in het eind van de achttiende eeuw. Straatrovers, het grofste onrecht, misbruik van gezag, zijn aan de orde van de dag. De achtergrond van het verhaal vormen de anti-papistische Gordon-relletjes in 1780. Maar het verhaal zelf begint eerder, in een oude kroeg buiten Londen, de Meiboom, gelegen naast een oud somber buitengoed. Hier worden de draden voor het volgende vastgeknoopt: de gekke Barnaby met zijn kraai, een prooi voor redeloze angsten, de harde figuur van Haredale, oom van Barnaby. Dan is er een nichtje, Emma, waarop Edward Chester verliefd wordt, zeer tegen de zin van zijn vader, monument van achttiende-eeuws cynisme en verdorvenheid. Er is nog een paar gelieven, Jo Willer en Dolly Varden, dochter van een Londens slotenmaker, wiens gulle goedhartigheid spreekwoordelijk is. Natuurlijk is de oude Gabriel getrouwd met een serpent van een vrouw, die hij het leven in alle eenvoud naar de zin tracht te maken, wat hem nooit lukt.

Tenslotte doolt door dit boek de schaduw van een moordenaar, een man verweven met alle geheimen, en zelf ongrijpbaar als de mist waaruit hij van tijd tot tijd opdoemt.

Barnaby Rudge Deel 2

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met grijsgroene bladsneden. 256 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 140 gr.

Voor Grip de kraai, de spookachtige vriend van Barnaby Rudge, zijn rol in het boek begon te spelen, had hij in Dickens' huishouden een grote rol gespeeld. In 1839 en '40 werd het huis bij Devonshire Terrace geterroriseerd door een Grip die dames in de enkels en zijn bedienden in de vingers pikte, en over het algemeen deed wat van een temperamentvolle kraai verwacht kan worden. Toen Grip tenslotte ziek werd, kregen de vrienden uitgebreide beschrijvingen van de herstelwerkzaamheden (met wonderolie) en hun uiteindelijk fiasco. Toen de klok twaalf sloeg raakte hij enigszins opgewonden, maar herstelde zich spoedig, wandelde een paar maal langs het koetshuis, kraste, struikelde, riep: Dag liefje (een geliefkoosde uitdrukking van hem) en stierf. In zijn nalatenschap werden gevonden stukken haar, lepeltjes, een borstel, een hamer, verspreid door de tuin op verschillende plaatsen begraven.

Terwijl Dickens Barnaby Rudge schreef, voltrok zich in en om hem een sociale omwenteling. De Charistenbeweging wekte onrust in de industrie-gebieden, rapporten over kinderarbeid en arbeidershuisvesting onthulden de ellende van de arbeidersklasse. Dickens zelf werd zich meer en meer bewust van de fundamentele fouten van het hoog-kapitalistische systeem. In de massascènes van Barnaby Rudge waar het volk de gevangenissen openbreekt, en de banken bestormt, hoort men een echo van de opgekropte verontwaardiging die de schrijver bezielde, en het volk dreef tot onderscheidloos vernielen van alles wat gezag en onderdrukking vertegenwoordigde.

De storm die in het tweede deel van Barnaby Rudge losbarst, heeft in geheel Dickens' oeuvre zijn gelijke niet. De beschrijving van waanzinnige bloeddorst, haat en wraakzucht, de bestorming van de Newgate-gevangenis, de wilde tonelen van onderdrukking als de troepen aanmarcheren zijn weergaloos in hun huiveringwekkende onontkoombaarheid.

De Gordon-relletjes van 1780 vonden hun aanleiding in het anti-papistische sentiment. Maar Dickens zag dieper: hij wist dat deze aanleiding te gering was voor zulk een uitbarsting. Onder de oppervlakte voelde hij de haat van een volk dat misbruikt en vertrapt wordt, en elke gelegenheid aangrijpt om zijn wrok te koelen. Er ligt een sombere grootsheid over deze taferelen, spookachtig spelen de vlammen over Londen, door de armoewijken gluipen de gedaanten van deur tot deur. Als maskers verschijnen nu en dan in het rosse licht de gezichten van de aanstokers, Lord Gordon een halve gek, zijn gewetenloze secretaris Gashford, Hugh de bastaard van Lord Chester, Dennis de beul; daarachter ziet men als een schreeuwende aanklacht het vertrapte gelaat van het misleide volk, dat ook nu weer het grote slachtoffer is.

Rug verkleurd. Papier vergeeld. Fraaie set exemplaren. In prima staat.

Booknumber: 22598 (22599)

€ 6,00Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Barnaby Rudge
front1

Brilliant Books, Company of Books, z.p. 2005. Paperback. Papieren band. 499 pp. 13½ x 21 x 3¼ cm. 460 gr. Serie Grootste Werken van Charles Dickens, deel IV. Oorspronkelijke titel Barnaby Rudge, 1841. Vertaling G.J. Werumeus Buning-Ensink. Met lijst van personen. Omslagontwerp Studio Jan de Boer, Amsterdam. Omslagillustratie Getty Images/The Bridgeman Art Library. ISBN-10 90 85192854.

Barnaby Rudge speelt zich af tegen de achtergrond an de anti-papistische Gordon-rellen, die in 1870 voor veel onrust zorgden in Londen. Dickens wist dat er meer zat achter deze opstand. Onder de oppervlakte voelde hij de haat van een volk dat misbruikt en vertrapt werd en elke gelegenheid aangreep om zijn wrok te koelen.

Ondanks hun openlijke vijandigheid sluit de oprechte Geoffrey Haredale een verbond met de onbetrouwbare John Chester om een huwelijk tussen zijn nichtje en Chesters eerbare zoon Edward te dwarsbomen. De familiebelangen raken echter op de achtergrond als de broeiende spanning in de stad uitmondt in de Gordon-rellen. Door dit verhaal sluipt ook de schaduw van een moordenaar, een man verweven met alle geheimen, en zelf net zo ongrijpbaar is als de mist waaruit hij van tijd tot tijd opdoemt.

Zeer fraai ongelezen exemplaar. In nieuwstaat.

Booknumber: 22597

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

A Christmas Carol en andere vertellingen
front1

Nationale Uitgeverij, Rotterdam. z.j. Paperback. Papieren band. 223 pp. 13½ x 19½ x 3¼ cm. 216 gr. Inhoud: Een kerstlied in proza (A Christmas Carol in Prose, 1843)- De krekel bij de haard (The cricket on the hearth, 1845) - Het carillon (The Chimes, 1844).

"Marley was dood ..." met deze woorden begint één der wonderlijkste en fijnste boeken uit de wereldliteratuur: A Christmas Carol van Charles Dickens. Wie dit boek ter hand neemt weet direct waarom Dickens onsterfelijk is. In alle landen ter wereld - zelfs Rusland! - staat Dickens nog steeds vooraan op de lijst van meestgelezen schrijvers. Alles wat Dickens presteerde aan fijne humor, fantasie en gevoelige vertelkunst heeft hij in A Christmas Carol weten samen te vatten. De hoofdfiguur, Ebenezer Scrooge, komt zó sterk tot leven dat u dit boek pas weer weg legt als de laatste bladzij is omgeslagen. Een boek om te lezen en te herlezen.

Naam op titelpagina. Vlekjes op voorplat. Papier ietwat vergeeld. Net ongelezen exemplaar. In prima staat.

Booknumber: 16771

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

A Christmas Carol
front1

Wordsworth Editions Ltd., Hertfordshire. 1993. Paperback. 95 pp. 12¾ x 19¾ x ¾ cm. 70 gr.Cover design Tony Selina, The Old Goat Graphic Company, Clerkenwell Workshops, London. Cover illustration 'Marley's Ghost' by Arthur Rackham, from an edition published in 1915. Wordsworth Classics. ISBN-10 1 85326 121 1. ISBN-13 978 1 85326 121 3.

Ebenezer Scrooge is a miserly old skinflint. He hates everyone, especially children. But at Christmas three ghosts come to visit him, scare him into mending his ways, and he finds, as he celebrates with Bob Cratchit, Tiny Tim and their family, that geniality brings its own reward.

This finest of all Christmas stories is beautifully illustrated with Arthur Rackham's superb line drawings.

Yellowing pages. Small foldings on the corners of the front plate. A nice copy. In good condition.

Booknumber: 17619

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Leven en lotgevalen van Martin Chuzzlewit II.
front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met bordeauxrode bladsneden. 327 pp. 10¾ x 18 x 1¾ cm. 178 gr. Oorspronkelijke titel The Life and Adventures of Martin Chuzzlewit, 1844. Nederlands van W.G. van Maanen. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablot K. Browne). Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

Martin Chuzzlewit is voor Dickens een teleurstelling geweest. Zelf schatte hij het boek zeer hoog, maar de lezers dachten er anders over: er werden slechts 20.000 intekeningen geplaatst. Op Dickens' leven heeft dit grote invloed gehad: na een kwestie over voorschotten brak hij met zijn uitgevers Chapman and Hall, waarmee hij tot nu toe zoveel succes gedeeld had. In 1843 schreef hij tussen twee afleveringen van Chuzzlewit een kerstverhaal, A Christmas Carol, het beroemdste van een lange reeks die in de loop der jaren volgen zou.

De oorspronkelijke opzet was met dit boekje het financiële wansucces van Chuzzlewit goed te maken. Toen dit mislukte trok Dickens zich gegriefd en teleurgesteld voor meer dan een jaar uit Engeland terug (1844). Hij ging naar Italië met zijn gezin en ontdekte Europa. Zijn zwerfjaren zijn begonnen; zij hebben zijn verbeeldingskracht ongetwijfeld verwijd, tot zijn reislust ontaardde in een hartstochtelijke reiskoorts, waar hijzelf het slachtoffer van werd.

Wanneer de jonge Martin Chuzzlewit en zijn compagnon na een eindeloze reis de plaats van bestemming bereiken (Eden heet het oord), blijkt dat wat hun afgeschilderd was als een bloeiende nederzetting, niets anders is dan een moeras met wat houten keetjes. Martin geeft zijn schone dromen op en keert als koksmaat terug naar Engeland.

Daar is intussen veel gebeurd; de veelbelovende aanleg van Jonas Chucclewit is tot volle bloei gekomen, tot schrik voor zijn medemensen en schande voor hemzelf. Een prachtig stel drinkende en wauwelende verpleegsters heeft zijn intrede in het verhaal gedaan: Betsy Prig en juffrouw Gamp. Pecksniff bereikt hoogten van huichelarij die voor elk gewoon mens onbereikbaar zijn, Mary Graham wordt in het nauw gedreven maar geeft niet toe.

Dan snelt haar ridder, jonge Martin toe, juist op het ogenblik dat Pecksniff de eerste steen legt en de eer oogst voor een monument dat Martin vroeger ontworpen heeft. Maar zijn gerechte straf is niet ver meer, en evenmin de beloning voor Mary, Mark, Martin en die goeie Tom Pinch, een sufferd met een gouden hart, die het hele boek door klappen krijgt, maar tenslotte toch loon naar zijn goede werken vergolden krijgt.

Voorplat en achterplat deels los. Vochtsporen. Papier vergeeld. Slijtagesporen aan randen voor- en achterplat. Verder redelijk net exemplaar. In goede staat.

Booknumber: 21151

€ 2,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

David Copperfield. Vertaald en ingeleid door Dr. J.B. van Amerongen. Verlucht met teekeningen van Frans Lammers.
front1

Contact, Amsterdam. 1947. Eerste druk. Gebonden (harde band). Rood linnen band met op voorplat vergulde decoratieve opdruk en op rug vergulde decoratieve opdruk met titel. 744pp. 20 x 27¼ x 7½ cm. 2222 gr. Oorspronkelijke titel 'David Copperfield'. Reeks De Onsterfelijken, een reeks meesterwerken uit de wereldliteratuur.

Hoeken voorplat beschadigd. Papier vergeeld. Rug verschoten. Net exemplaar. In goede staat.

Booknumber: 19374

€ 12,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

David Copperfield Deel 1 en Deel 2
front1 front1

Contact, Amsterdam / Antwerpen. 1967. Derde druk. Paperback. Oorspronkelijke titel David Copperfield, 1849. Vertaald en ingeleid door J.B. van Amerongen. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablôt K. Browne). Contact Klassieken. Omslag Tessa Fagel.

David Copperfield Deel 1

Contact, Amsterdam / Antwerpen. 1967. Derde druk. Paperback. 444 pp. 12 x 20 x 3¼ cm. 464 gr.

David Copperfield Deel 2

Contact, Amsterdam / Antwerpen. 1967. Derde druk. Paperback. 459 pp. 12 x 20 x 3½ cm. 498 gr.

In het verhaal van de lotgevallen van deze overgevoelige jongen met zijn scherpe opmerkingsgave en zijn vroegrijp gevoel voor humor heeft Dickens zijn eigen jeugd beschreven, waarbij de verbeelding onafscheidelijk verbonden is met de werkelijkheid. Deze roman over David Copperfield behoort tot het beste dat Dickens' genie ons geschonken heeft, maar hij is niet minder onsterfelijk door de figuur van Micawber, de man die zich steeds rijk voelt door de altijd te verwachten rijkdom. En onvergetlijk zijn ook al die anderen, zoals Uriah Heep, het type van de kleinburgerlijke hypocriet, Barkis de vrachtrijder en de eeuwig opgewekte Traddles, Miss Betsy Trotwood, de oude verlaten vrouw met het hart van goud, Clara Peggotty, het jong gestorven kindvrouwtje Dora en Agnes, Davids tweede grote liefde.

Gebruikerssporen, leesvouwen op rug, hoeken voorplatten licht gekruld, vlekken op bladsnede, set emplaren. In redelijke staat.

Booknumber: 11825 (11826)

€ 5,00Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

David Copperfield
front1

Het Spectrum, Utrecht/Antwerpen. 1978. Derde druk als Prisma. Gebonden (harde band) Bruin linnen band met stempelopdruk op voorplat. Met vergulde titelopdruk op rug. Met stofomslag. Met bruin leeslint. Met bruine schutbladen. 836 pp. 13½ x 21½ x 4¾ cm. 916 gr. Prisma Klassieken 6. Oorspronkelijke titel David Copperfield, 1849. Vertaling André Noorbeek. Met lijst van personen. Met nawoord door T.A. Birrell (vertaald door J.M. Blom). Verlucht met de oorspronkelijke prenten van Phiz (Hablôt K. Browne). ISBN-10 90 274 9105 4.

David Copperfield is het verhaal van de belevenissen van een jonge man met een ongelukkige en armoedige jeugd, die zijn roeping ontdekt en uitgroeit tot een gevierd schrijver. De personages in dit boek worden gevormd door zijn tirannieke stiefvader Mr. Murdstone, zijn ontzagwekkende tante Betsey Trotwood, de bescheiden, maar verraderlijke Uriah Heep, de frivole en betoverende Dora en de onbemiddelde Micawber, een van de meest komische figuren in de literatuur. David Copperfield - de roman die Dickens zelf tot zijn meest favoriete rekende - heeft een sterk autobiografisch karakter, en wordt door velen als zijn meesterwerk beschouwd.

Geen inscripties. Stofomslag met gebruikssporen. Watervlek op buitenzijde voor-, achterplat en rug. Net exemplaar. In zeer goede staat.

Booknumber: 22830

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

David Copperfield
front1

Brilliant Books, Company of Books, z.p. 2005. Paperback. Papieren band. 828 pp. 13½ x 21 x 5 cm. 746 gr. Serie Grootste Werken van Charles Dickens, deel VI. Oorspronkelijke titel David Copperfield, 1849. Vertaling André Noorbeek. Met lijst van personen. Omslagontwerp Studio Jan de Boer, Amsterdam. Omslagillustratie Getty Images/The Bridgeman Art Library. ISBN-10 90 85192854.

David Copperfield is het verhaal van de belevenissen van een jonge man met een ongelukkige en armoedige jeugd, die zijn roeping ontdekt en uitgroeit tot een gevierd schrijver. De personages in dit boek worden gevormd door zijn tirannieke stiefvader Mr. Murdstone, zijn ontzagwekkende tante Betsey Trotwood, de bescheiden, maar verraderlijke Uriah Heep, de frivole en betoverende Dora en de onbemiddelde Micawber, een van de meest komische figuren in de literatuur. David Copperfield - de roman die Dickens zelf tot zijn meest favoriete rekende - heeft een sterk autobiografisch karakter, en wordt door velen als zijn meesterwerk beschouwd.

Zeer fraai ongelezen exemplaar. In nieuwstaat.

Booknumber: 22596

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Little Dorrit
front1

Penguin Books, London. 1976. Paperback. 912 pp. 11 x 18 x 3½ cm. 446 gr. Edited by John Holloway with 24 of the original illustrations by Hablôt K. Browne ('Phiz'). The Penguin English Library. The cover, designed by Germano Facetti, shows a detail of 'Derby Day' by W.P. Frith, reproduced by courtesy of the Trustees of the Tate Gallery, London. The portrait of Charles Dickens inside the front cover is from an engraving after a painting by W.P. Frith, by permission of the Trustees of the Dickens House. ISBN-10 0 14 043 025 3.

Little Dorrit (1856/7) is one of the handful of masterpieces of Dickens's maturity in which his imaginative genius embraces the whole fabric of a changing society. The Marshalsea, Bleeding Heart Yard, and the Circumlocution Office are only the principal features of a landscape drawn with all his awareness of and delight in the multitudinously refracted surfaces of life. Embedded though it is in the social and political preoccupations of the time. Little Dorrit goes far beyond the political. With little hope for change in society itself, Dickens's vision in this novel is of a world of hypocrisy and sham, of exploiters and parasites - a world of prisons, real and metaphysical, in which reality itself is imprisoned by appearances.

Yellowing pages. A brown stain on the endpages of the book. Folding track on the back plate. Good copy. Good condition.

Booknumber: 19373

€ 4,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Kleine Dorrit
front1

Uitgeverij Het Spectrum, Utrecht / Antwerpen. 1979. Eerste druk. Paperback (gebrocheerd, garenloos). Bruin linnenkarton met stofomslag. 807 pp. 10¾ x 17½ x 2¼ cm. 412 gr. Oorspronkelijke titel 'Little Dorrit'. Vertaling G.J. Werumeus Buning-Ensink. Nawoord van Prof. T.A. Birrell. Geïllustreerd door Phiz (Hablôt K. Browne. Reeks Prisma Klassieken 23.

Kleine Dorrit is een verhaal van vele misplaatste genegenheden en één onzelfzuchtige liefde. Bijna alle figuren zijn gevangenen, sommige in letterlijke zin, anderen figuurlijk; gevangen in vooroordeel, in valse illusies, in raadselachtige zielsberoeringen.

Daarom speelt een gevangenis voor insolvente schuldenaren ook zeer passend een grote rol in het verhaal. Hier leeft William Dorrit, een patriarch onder zijn medegevangenen, en de vader van Amy Dorrit, 'kleine Dorrit'. Maar de twintigjarige Amy - zij is in de schuldgevangenis geboren - is merkwaardigerwijze de enige figuur die werkelijk vrij is, door haar onbaatzuchtige aanhankelijkheid tegenover haar vader en allen die haar omringen. Zij luistert naar haar hart, in tegenstelling met de wereld binnen en buiten de gevangenis, die slechts oog heeft voor het eigen belang. We volgen William Dorrit wanneer hij tot welstand gekomen is en met zijn kinderen op reis gaat naar Europa. We zien hoe dochter Fanny trouwt met een rijke bankierszoon en hoe 'kleine Dorrit' opnieuw te maken krijgt met de schuldgevangenis.

Dickens' aanvallen op de aristocratie en de bureaucratie van overheidsinstellingen, waarvan vooral het Departement van Omhaal - dat de levens van individu en volk fijnmaalt - het mikpunt is, werden aanvankelijk niet goed begrepen. Shaw was een van de eersten die van mening was dat Kleine Dorrit een opruiender boek is dan Das Kapital.

Stofomslag licht beschadigd. Net exemplaar. In prima staat.

Booknumber: 19372

€ 9,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

De onzakelijke reiziger
front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1952]. Eerste druk. Prisma Pocket met grijsgroene bladsneden. 280 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 156 gr. Oorspronkelijke titel The uncommercial Traveller, 1869. Nederlands van Hans van Haaren. Geïllustreerd (zwartwit). Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

The uncommercial Traveller ontstond uit een bundeling van Dickens' bijdragen aan het laatste door hem geredigeerde weekblad All the year round. Het grootste deel van deze onnavolgbare opstellen stamt uit 1860, in 1869 werden nog zeven schetsen aan de bestaande reeks toegevoegd.

Voor de kennis van de mens en schrijver Dickens bieden deze schetsen een ongehoorde rijkdom aan materiaal. Herinneringen uit zijn jeugd, aan het oude Londen uit de dertiger jaren, reisnotities, sociale hervormingen, alles vindt hier een plaats. Misschien geeft van al zijn boeken The uncommercial Traveller het zuiverste beeld van de oudere Dickens, die, gekweld door slapeloosheid, geen beter middel wist om lichaam en fantasie tot rust te brengen dan urenlange nachtwandelingen door Londen of Parijs, steeds aangetrokken door alles wat buitenissig, grotesk of luguber was, en voortdurend getrouwelijk noterend alles wat voor zijn oog verscheen.

Dit boek is het schetsboek van de waarneming en fantasie van een groot kunstenaar, en zoals een vluchtige tekening van Rembrandt of Rubens ons soms meer en directer aanspreekt dan een uitgewerkt schilderij, zo gaat het ook met deze schetsen. Ogenschijnlijk heeft men hier te doen met een soort journalistiek, maar de rasschrijver Dickens die zich nooit om strikte genres bekommerd heeft, neemt elke kans waar om de journalistiek te laten voor wat zij is. Improviserend over een klein thema, speurt zijn immer-werkzame fantasie plotseling de mogelijkheden die hier verborgen liggen, en "neemt de ruimte". En de lezer voelt terstond de greep van de verteller en geeft zich gewonnen. Met Dickens verwijlt hij tussen de uitgestotenen van Londen, proeft hij de naargeestige atmosfeer van de Parijse "morgue", leeft hij in de doffe atmosfeer van landverhuizers, opeengepakt op het tussendek.

De reisgenoot van deze onzakelijke reiziger beleeft iets heel bijzonders; hij kijkt door de ogen van misschien wel de scherpste opmerker die de wereldliteratuur kent, en hij deelt de fantasie van een verteller zonder weerga. Bovendien verwijlt hij volop in de negentiende eeuw, een tijd die ons zeer verwant is, en toch ver genoeg van ons afstaat om er graag iets over te horen.

Fraai ongelezen exemplaar. Papier wat vergeeld. In prima staat.

Booknumber: 11830

€ 3,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Great expectations
front1

Nelson Doubleday, Garden City, New York. nd. Hardcover. Tan and navy cloth boards with gilt lettering to spine. Blue endpapers. Rough cut page edges. 448 pp. 14½ x 21½ x 3½ cm. 598 gr. With on last page Dickens original ending to story.

Great Expectations is a novel by Charles Dickens first serialised in All the Year Round from 1 December 1860 to August 1861. It is regarded as one of his greatest and most sophisticated novels, and is one of his most enduringly popular novels; having been adapted for stage and screen over 250 times.

Firm binding to lightly tanned pages with bright copy throughout. Nice copy. In very good condition.

Booknumber: 22602

€ 6,00Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Great expectations
front1

Oxford University Press, Oxford. 1999. Hardcover. Octavo. Dark blue cardboard lettered in gold on spine and "Oxford" at base of spine. With dust jacket. 519 pp. 11½ x 16¾ x 2½ cm. 356 gr. With an introduction of Alan Sillitoe. Oxford World's Classics 10. ISBN-10 0 19 210034 3. ISBN-13 978 0 19 210034 4.

'My father's family name being Pirrip, and my christian name Philip, my infant tongue could make of both names nothing longer or more explicit than Pip. So, I called myself Pip, and came to be called Pip.'

Great Expectations (1860-1) charts the progress of Pip from childhood to maturity as he learns self-knowledge through his encounters with some extraordinary characters: the convict Magwitch, the mysterious Miss Havisham, and her ward, the arrogant, beautiful Estella.

Very nice copy. In new condition.

Booknumber: 11823

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Our mutual friend. Illustrated by Arthur A. Dixon.
front1

Collins' Clear Type Press, London and Glasgow. n.d. Red cloth with gilt titles to the spine. With black and white frontispiece. Pastedowns and endpapers with drawings of a few of Dickens' characters. 872 pp. 10½ x 15½ x 2½ cm. 318 gr.

Condition good, corners and edges rubbed, spine slightly faded, front board a little loose, name and place of former owner on back of frontispiece. Else contents clean.

Booknumber: 23244

€ 7,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Onze wederzijdse vriend II
front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met oranjegele bladsneden. 280 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 352 gr. Oorspronkelijke titel Our mutual friend, 1865. Nederlands van Hans van Haaren. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van Marcus Stone. Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

Ook na het verschijnen van de eerste afleveringen van Our mutual friend bleef Dickens met moeilijkheden in het schrijven kampen. Vroeger was de drang van het moeten schrijven in zekere zin een bron van inspiratie voor hem geweest, nu zag hij tegen het werk op, en liet zijn fantasie hem in de steek. De reden hiervoor was niet moeilijk te vinden; eigenlijk was de schrijver reeds jarenlang overwerkt, maar bezeten door het idee voor zijn oud-worden een fortuin te verzamelen, zwoegde hij door. Het fortuin heeft hij bijeengebracht, maar voor hij oud werd was hij gestorven. De eerste waarschuwing kreeg hij in februari 1865, toen zijn linkervoet de dienst begon te weigeren. Van een reis naar Frankrijk verwachtte hij verlichting en beterschap. Tijdens de reis werkte hij hard door. 10 juni 1865 kwam hij terug in Engeland, de trein die hem naar Londen moest brengen verongelukte op de brug bij Staplehurst. Uren was Dickens, die in een der weinige gespaarde rijtuigen zat, in de weer met het verzorgen van de slachtoffers. Zoals hij in een postscriptum op Our mutual friend schreef, werd het ongeluk ook meegemaakt door de heer en mevrouw Boffin bij het ontbijt, en Bella Wilfer's trouwdiner (dat wil zeggen het manuscript van deze hoofdstukken), 'ze werden erg vuil, maar bleven intact'. In november 1865 verscheen de laatste aflevering van Our mutual friend.

Zonder aanwijsbare rede is John Rokesmith door Boffin smadelijk weggejaagd. Bella Wilfer, die hem niet zetten kon, voelt de onrechtvaardigheid hiervan, kiest zijn partij en verlaat uiteindelijk het gastvrije huis. Trouwens met de Boffins gaat het niet goed, er zijn nachtelijke graafpartijen tussen de vuilnishopen, Silas Wegg koestert zwarte plannen om zijn letterlievende weldoener de das om te doen, bijgestaan door de zonderlinge meneer Venus, die een vreemdsoortig bedrijf in geraamten en opgezette dieren het zijne noemt.

Uit de kille deftigheid der Podsnaps worden, als kinderen uit de hemel, twee veelbelovende toonaangevers buitengesloten, die nu geheel zijn aangewezen op het gezelschap dat zij in minder veeleisende kringen kunnen vinden, onder ander de Boffins. In een laat berouw over de Jood Fagin in Oliver Twist voert de schrijver nu een aangenamer vertegenwoordiger van hetzelfde ras ten tonele, en een vreemd kabouterachtig wezentje dat poppenkleren maakt. Deze juffroouw Wren wordt verteerd door een stille liefde voor Eugene Wrayburn, doch diens hart is al door een ander bezet, namelijk Lizzie Hexam, de dochter van de lijkenrover die reeds eerder in dit boek en rol speelde.

Terwijl John Rokesmith en Bella Wilfer hun bruiloft in stilte vieren, bereidt Rotte Riderhood in het geniep een aanslag voor op Wrayburn, hij vindt een willig instrument, dat echter op het beslissende ogenblik faalt. Er falen trouwens nog meer slinkse plannen, onder andere dat van Silas Wegg, die wij het laatst zien, weghobbelend in (niet op) een vuilniskar. Tenslotte komt de zoon van de Gouden Vuilnisman opdagen om bezit te nemen van zijn erfdeel, en hij blijkt iemand te zijn met wie wij in de loop van het verhaal al dikwijls en tot onze volle tevredenheid hebben kennis gemaakt.

Fraai ongelezen exemplaar. Papier wat vergeeld. In prima staat.

Booknumber: 11837

€ 3,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Onze wederzijdse vriend
front1

Brilliant Books, Company of Books, z.p. 2005. Paperback. Papieren band. 693 pp. 13½ x 21 x 4¼ cm. 630 gr. Serie Grootste Werken van Charles Dickens, deel X. Oorspronkelijke titel Our mutual friend, 1865. Vertaling Hans van Haaren. Met lijst van personen. Omslagontwerp Studio Jan de Boer, Amsterdam. Omslagillustratie Getty Images/The Bridgeman Art Library. ISBN-10 90 85192854.

Onze wederzijdse vriend was de laatste roman vn Charles Dickens en is misschien wel zijn donkerste en meest complexe boek. De grote elementen van het verhaal zijn typisch Dickens: er is een erfenis, een moord, een aantal ingewikkelde liefdesgeschiedenissen, een hoop bedriegerij en een reeks onvergetelijke bijfiguren. In dit laatste boek vertonen zijn helden echter meer gebreken, zijn de boeven sympathieker en is het verhaal als geheel aangrijpender en minder sentimenteel.

Gaffer Hexam en zijn dochter Lizzy zoeken de Thames af naar verdronken mannen, wiens zakken Gaffer leegt voor hij naar de gezaghebbers stapt om aangifte van hun overlijden te doen. Op een avond vindt Gaffer het lijk van John Harmon, die uit het buitenland was gekomen om een erfenis op te eisen en ogenschijnlijk is vermoord. Harmons dood zet alle verwikkelingen van de roman in gang.

Zeer fraai ongelezen exemplaar. In nieuwstaat.

Booknumber: 22595

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

DICKENS, CHARLES (1812 - 1870)

Het leven van Charles Dickens I
front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met grijsgroene bladsneden. 296 pp. 10¾ x 18 x 1½ cm. 160 gr. Oorspronkelijke titel The mystery of Edwin Drood, 1870. Geïllustreerd met de oorspronkelijke prenten van S.L. Fildes. Nederlands van Jan Nieuwenhuis. Prisma Boeken. Serie De werken van Charles Dickens.

Het plan tot het schrijven van The mystery of Edwin Drood rijpte bij Dickens in de zomer van 1869. Het zou een zorgvuldig geconstrueerde roman over een misdaad worden, in de trant van de romans van zijn vriend Wilkie Collins. In de winter '69/'70 hield Dickens ten koste van enorme fysieke en geestelijke inspanning zijn laatste voordrachten-tournee. Op 9 mei 1870 nam hij als voorlezer afscheid van het publiek en kondigde hij de nieuwe roman aan, waarvan de eerste aflevering ongeveer gelijktijdig verscheen. Met de oude werklust zette Dickens zich aan de voltooiing van het boek. Te laat - enkele weken later, in de avond van de achtste juni, trof hem de slag. De volgende dag stierf hij. De laatste bladzijden van Edwin Drood werden geschreven op de middag van 8 juni, hij stierf midden in zijn werk, halverwege het boek. Het fragment dat voltooid was, blijft in zijn scherpe tekening en onheilspellende atmosfeer het stempel dragen van Dickens' onverminderd kunstenaarschap. En het geheim van Edwin Drood bleef een geheim, ondanks de tientallen pogingen van minder begaafden om een passend slot aan het boek te schrijven.

Het laatste boek dat Dickens schreef, ofschoon onvoltooid, heeft alle tekenen van een meesterwerk. Het is of de schrijver nog eens al zijn krachten samengevat heeft om de volle maat van zijn talent te geven. Welk een ontwikkeling van zijn schrijverschap sinds dat allereerste succes van Pickwick in 1837! Tegenover de achteloze levensvreugde van toen, nu een wereld die op subtiele wijze vergif en bederf ademt. De personen van dit boek zijn gevangen in een netwerk van bedrog en zelfbedrog, waarvan het begin al een vermoeden geeft: een spookachtig ontwaken in een opiumkit. Rochester, het oude Rochester van Dickens' jeugd, is nu geen deel meer van het vrolijke Engeland, maar een nest van complotten en onvermoede boosaardigheid. Zelfs Kerstmis heeft de heilige glans van goedmoedige menselijkheid verloren, en de tegenstelling van dit feest der verbroedering en de rondsluipende gestalten geeft het verhaal een ongehoorde spanning. Een fascinerend verhaal, dat in zijn onvoltooidheid de lezer achterlaat, gevangen als altijd in Dickens' verbeeldingswereld en peinzend over het geheim van dit boek, dat de schrijver meenam in het graf.

Zeer fraai ongelezen exemplaar. Papier vergeeld. In zeer goede staat.

Booknumber: 11836

€ 3,50Buy Now!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

FORSTER, JOHN (1812 - 1876)

Het leven van Charles Dickens I
front1

Spectrum, Utrecht / Antwerpen. z.j. [1953]. Eerste druk. Prisma Pocket met bordeauxrode bladsneden. 240 pp. 10¾ x 18 x 1¼ cm. 132 gr. Oorspronkelijke titel Life of Charles Dickens, 1872. Geïllustreerd met zwartwittekeningen. Vertaald en bewerkt door Dr. A. Bogaerts. Prisma Boeken.

John Forster is in hetzelfde jaar als Dickens geboren, in 1812. Dit jaartal was een van de weinige dingen die de twee vrienden gemeen hadden. Terwijl de jonge Dickens zich bijna vanuit de goot moest opwerken, vond Forster zijn bedje gespreid. Hij studeerde en ging de kant van de literaire journalistiek op. De eerste ontmoeting van de twee vrienden dateert uit 1831 of '32, toen op het dagblad waaraan Dickens als verslaggever en Forster als medewerker verbonden was, een staking uitbrak, welke dankzij Dickens door de verslaggevers gewonnen werd. Hun kennismaking dateert van 1836, en leidde al zeer spoedig tot een vriendschap, die wel geschokt maar nimmer gebroken werd. De zware, plechtige Forster werd de raadsman van de elegante, kwieke Dickens. Hij las zijn boeken in manuscript, en in drukproef, hij regelde de contracten met de uitgevers, en mocht de knopen ontwarren welke Dickens gewoon was in dit soort overeenkomsten over het hoofd te zien. Samen maakten de vrienden tochten door Londen en door Engeland, en samen maakten zij zulke geweldige ruzies dat Dickens' vroouw huilend de kamer uit liep. Dickens' omgeving glimlachte nogal eens om de logge Forster, maar intussen is hij waarschijnlijk de man geweest aan wie Dickens het intiemste van zijn leven toevertrouwd heeft: de herinneringen aan zijn jeugdjaren en hun beschamende armoede.

De goede biografie is in de Engelse literatuur een minder zeldzaam verschijnsel dan in de onze. Maar zelfs in Engeland grijpt men naar de klassieke biografie van Dr. Johnson door Boswell om vergelijkenderwijs de kwaliteit van Forsters Leven van Charles Dickens aan te duiden. Dit boek is een monument van oprechte vriendschap die Dickens en Forster vanaf hun eerste kennismaking in 1836 tot Dickens dood in 1870 verbonden heeft. Het is bovendien een model van een biografie, en nog steeds het beste boek over de mens en schrijver Dickens dat voorhanden is. In de afgelopen 80 jaar zijn nieuwe feiten, en vele, onbekende brieven van Dickens aan het licht gekomen. Onze literaire appreciatie verschilt aanmerkelijk van die van Forster en diens tijdgenoten. Onze sociale en psychologische inzichten verschillen zo mogelijk nog meer. Niettemein hebben nå Forster alle Dickens biografieën voortgewerkt in de richting door Forster gewezen, de structuur van zijn boek is blijkbaar zo hecht en onaantastbaar dat niemand er behoefte aan gevoeld heeft om deze omver te werpen. En wat men heden ten dage aan verrassend psychologisch inzicht in de figuur van Dickens gewonnen heeft, is bij Forster reeds in kern aanwezig: hij heeft als eerste (en hij was misschien de enige die hierover kon oordelen) gewezen op de enorme emotionele betekenis van Dickens' jeugdellende, op zijn afgrondelijke verliefdheid op Maria Beadnell en de gevolgen daarvan. De hoofdfeiten, en hun groepering, zijn door Forster vastgelegd, daarom is zijn werk ook vandaag nog de beste gids tot het begrijpen van Dickens.

Voorplat licht beschadigd. Fraai ongelezen exemplaar. Papier vergeeld. In zeer goede staat.

Booknumber: 1988

VERKOCHT!    SOLD!

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------